-
1 met plankgas rijden
met plankgas rijden -
2 plankgas
♦voorbeelden:hij scheurde plankgas weg • il démarra sur les chapeaux de rouesmet plankgas rijden • rouler le pied au plancher -
3 burn up
v. oplaaien; verbranden; witheet worden (v. woede)burn up♦voorbeelden:1 if you put some more wood on it the fire will burn up • als je wat meer hout op het vuur gooit laait het weer opII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 op/verstoken ⇒ op/verbranden♦voorbeelden: -
4 burn up the breeze/road
burn up the breeze/road -
5 foot
n. voet; been; meeteenheid; stap; voetstuk, poot (v.e. bed); randen (v.e. blad papier)--------v. dokken; te voet gaan; dansenfoot1[ foet] 〈meervoud: feet〉5 onderste/achterste/laatste deel ⇒ (uit)einde♦voorbeelden:I won't set foot in that house • ik zet geen voet in dat huisstand on one's own feet • op eigen benen staanfoot by foot • voet(je) voor voet(je)on one's feet • op de been, overeind; er (weer) bovenop, beter; onvoorbereidput on one's feet • op de been/er bovenop helpenhave a foot in the door • de eerste stap gezet hebbenhave one foot in the grave • met een been in het graf staanhave/keep one's feet (set) (firmly) to/on the ground • met beide benen op de grond staancarry/sweep someone off his feet • iemand meeslependig in one's feet • z'n poot stijf houdenget to one's feet • opstaanjump to one's feet • opspringenkeep (on) one's feet • overeind/op de been blijvennot put a foot wrong • geen fout makenrecover one's feet • weer overeind komen/krabbelentread under foot • onderdrukkenmy foot! • kom nou!1 tred ⇒ gang, (voet)stap♦voorbeelden:swift of foot • vlug ter been————————foot2〈zelfstandig naamwoord; meervoud: foot, feet〉————————foot3♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
6 put one's foot down
-
7 mettre le pied au plancher
mettre le pied au planchergas op de plank, met plankgas rijdenDictionnaire français-néerlandais > mettre le pied au plancher
-
8 plancher
plancher1 [plãsĵee]〈m.〉♦voorbeelden:faux plancher • loze vloerdébarrasser le plancher • maken dat je wegkomtdébarrassez-moi le plancher! • duvel op!mettre le pied au plancher • gas op de plank, met plankgas rijden2 prix plancher • minimumprijs, bodemprijs————————plancher2 [plãsĵee]〈 werkwoord〉 -
9 Bleifuß
-
10 Pulle
-
11 heizen
-
12 mit dem Bleifuß fahren
mit (dem) Bleifuß fahren -
13 volle Pulle fahren
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Нидерландский
- Французский